Innovatieve software toont unieke patronen bij Vermeer en is als open access beschikbaar!
Op 10 november lanceerde het RKD ─ Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis het online boek Counting Vermeer
http://countingvermeer.rkdmonographs.nl/ onder redactie van professor C. Richard Johnson Jr. van Cornell University. Hierin worden voor het eerst de resultaten van innovatief en multidisciplinair doekonderzoek naar een compleet schilders oeuvre, dat van Johannes Vermeer (1632 – 1675), gepubliceerd. Counting Vermeer toont onder meer hoe computer – gegenereerd doekonderzoek de toeschrijving van het eerder betwijfelde werk Jonge vrouw aan een virginaal ( ca. 1670 – 1672 ) aan Vermeer bevestigt. Tevens ondersteunt de geavanceerde doekanalyse de theorie dat Vermeer tenminste twee paren schilderijen oorspronkelijk als bij elkaar horend heeft geschilderd, waarover kunsthistorici in het verleden heftig van mening verschilden.
In samenwerking met onderzoekers, conservator en en restauratoren wereldwijd ontwikkelde professor Johnson software om op geautomatiseerde wijze draden in schildersdoeken te analyseren en unieke weefselpatronen , als het ware ‘ vingerafdrukken ’ van het schilderij, te herkennen. Voorheen werd dit tellen van draden geheel handmatig verricht op basis van enkele steekproeven verdeeld over het schildersdoek.
In Counting Vermeer gaan vermaarde onderzoekers in op het toepassen van deze nieuwe methode bij het onderzoek naar het complete oeuvre op doek van Vermeer. Een significante toevoeging in het schilderijenonderzoek zijn de zogenaamde weave maps , waarmee kan worden achterhaald of schilderijen uit eenzelfde rol doek zijn geknipt. Daarmee zijn weave maps een zeer bruikbaar middel voor datering, voor het relateren van schilderijen en voor het beantwoorden van authenticiteitsvraagstukken .
Unieke software nu beschikbaar
Deze tool was nog niet eerder vrij toegankelijk . Via Counting Vermeer op de website van het RKD stellen Johnson en zijn team de door hen ontwikkelde software voor het eerst open access beschikbaar. Dit betekent dat onderzoekers voortaan deze analyse – techniek zelf kunnen toepassen op door henzelf geselecteerde schilderijen. Hoe meer deze methode wordt toegepast en de resultaten ervan worden gedeeld, hoe groter de kans op vondsten, zoals schilderijen van verschillende meesters uit eenzelfde rol . Wanneer de software op grote schaal wordt toegepast , staat de kunsthistorische wereld aan de vooravond van een nieuw tijdperk van technisch onderzoek met behulp van data sOpen accessharing .
Prof. dr. Chris Stolwijk, algemeen directeur RKD : ‘De door Johnson en zijn collega’s ontwikkelde software om automatisch draden in schildersdoeken te analyseren en unieke weefselpatronen te herkennen is een zeer bruikbare innovatie, zowel voor het onderzoek naar schildersdoeken van oude als moderne meesters. In plaats van het traditionele, tijdrovende en minder betrouwbare handmatige tellen maakt geautomatiseerd draden tellen het mogelijk omvangrijke en solide databestanden op te stellen en nieuw onderzoek te verrichten naar atelierpraktijken, naar de productie van schildersdoeken en naar de authenticiteit van schilderijen.’
Missie van het RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis:
Het RKD maakt kennis , onderzoek en informatie over kunst uit de Nederlanden in internationale context wereldwijd toegankelijk voor musea, wetenschap en publiek.